In dit onderdeel deel ik al mijn muzische herinneringen met jullie. Hierbij ga ik terug tot in mijn kindertijd en haal ik herinneringen naar boven uit heel mijn 'muzische carrière'.
Om te beginnen zou ik heel graag teruggaan naar mijn lagere schooltijd. Ik probeer om even na te denken over hoe Muzische Opvoeding daar ingekleed werd. Zo herinner ik me bijvoorbeeld dat we elke dinsdagnamiddag tekenen of knutselen hadden. Wanneer we gingen tekenen, was voor mij een echte hel! Ik kreeg het elke keer verschrikkelijk warm. Ik had het tekentalent van mijn moeder, een kunstenares, echt niet in mij. Ik heb 2 broers en een zus die dit talent wel geërfd hebben, maar mij had het precies overgeslagen. Dus elke teken-dinsdagnamiddag was voor mij een hele zware! Steeds zeer jaloers om wat anderen op papier konden zetten... er zaten een paar échte tekentalenten in de klas! Die tekeningen kregen we ook met elke vakantie mee naar huis, niet bepaald iets om trots over te zijn.
Een beetje hetzelfde gevoel dat ik kreeg wanneer ik een poëziealbum in mijn handen kreeg: "Sanne, wil jij in mijn poëzie tekenen?" Elke keer opnieuw inspiratie gaan zoeken in de prachtige kunstwerken van de andere kinderen. En telkens weer tot de constatatie moeten komen dat ik altijd zal herinnerd worden als 'die klasgenoot die niet goed kon tekenen' wanneer ze als volwassene doorheen hun oude poëzie zouden bladeren...
Nu we over 'poëzie' bezig zijn... nog zo iets... Ieder jaar hadden we de poëziewedstrijd. Een wedstrijd waaraan alle Dilbeekse scholen konden deelnemen. Een cultuurmedewerker kwam dan met de klas rond poëzie werken. Nadien kregen we even de tijd om allemaal zelf een pracht van een gedicht op papier te zetten. Deze werden dan verzameld en ingestuurd. Per leeftijdscategorie werden er dan gedichten uitgekozen die een prijs kregen. Die leerlingen hadden de eer om hun prijs te komen ophalen, dit voor een publiek vol troste ouders, leerkrachten en familieleden, op het podium van het cultureel centrum... officieel met een hand van de burgemeester. Ieder jaar een enorme teleurstelling dat ik er nooit bij zat. Mijn gedichten waren nooit 'diepzinnig' genoeg, ik hield me te veel bezig met het louter rijmen. Ik wist ook wel dat dit geen must was, maar dan zou het me zeker niet lukken om een vorm van poëzie op papier te krijgen. Wederom hebben mijn twee broers en zus elk eens een prijs gewonnen met een gedicht, maar mij was het nooit gelukt. Met woorden was ik dus ook al niet goed... Opstellen schrijven, gedichten en spelen met woorden... ook daaraan heb ik echt geen mooie herinneringen...
Maar... toch waren er muzische lessen waar ik helemaal bij opfleurde! En dat waren de lessen muziek. Ik ging zelf naar de notenleer en leerde viool. En een hele dag liep ik te zingen, tot vervelens toe voor mijn huisgenoten. Deze lessen op school waren voor mij dan ook complete ontspanning, een enorme uitlaatklep! Ik herinner me wel dat deze lessen vroeger op school wel vaak beperkt bleven tot liedjes aanleren en hier eventueel mee spelen. Ik kan zo nog enkele liedjes zingen die ik toen heb aangeleerd, die zijn heel lang blijven hangen. Ik herinner me dan ook één bepaalde les nog héél levendig. We leerden het lied 'de vogel' van Tim Visterin. Wanneer we het lied goed onder de knie hadden, werden we verdeeld in groepen van 5 en moesten we een performance voorbereiden op dit lied. Ik herinner me nog levendig hoe onze groep de lichtste leerling met 3 over het podium (want we mochten dit in de plaatselijke parochiezaal doen) liet zweven. Ikzelf was Merlijn en had geen greintje angst om mij volledig in te leven in mijn rol. Drama was dus ook geen enkel probleem...
Tot zover mijn herinneringen uit de lagere school. Ik was geëindigd met drama en zou hier graag mee verder gaan om te vertellen over herinneringen uit mijn kinderlijke vrije tijd. Zo weet ik nog dat mijn moeder me had ingeschreven voor een musicalkamp en een toneelkamp tijdens de vakanties. Wat een fantastische ervaringen! Beiden waren 5 dagen rond allerlei vormen van toneel en muziek werken, met op de laatste dag een toonmoment voor de ouders. Dingen die me te binnen schieten: van een trapleuning glijden om Icarus te spelen die naar beneden stort, onder een doek liggen en geluiden nabootsen van een kerkhof dat tot leven komt, een zelfgeschreven lied dat we maakten aan de hand van een foto waarop een man stond afgebeeld die aan de wijzers van een klok hing, een dans die volledig in het honderd liep tijdens het toonmoment,... Dit zijn herinneringen die ik enorm koester en waarvan ik hoop dat mijn kinderen ooit iets soortgelijks zullen mogen beleven.
Andere herinneringen uit mijn kinderlijke vrije tijd vallen samen met mijn hobby: ik was ingeschreven in de muziekschool en volgde viool. Naast de opgelegde stukken die ik van mijn leerkracht kreeg, hield ik me toen al bezig met improviseren. Zo luisterde mijn oudste broer graag naar klassieke muziek. Hij had een cd met pianomuziek van Beethoven. Ik zette daarvan zijn 8e pianosonate (2e deel) op en improviseerde op mijn viool. Eerst voor mijzelf, nadien voor mijn trotse ouders, nog later voor de familie op familiefeesten. Dit vroeg improviseren is nadien nog nuttig geweest in mijn verdere muzikale carrière. Zo zat ik vanaf mijn 14 jaar in de popklas. Een ensemble via de muziekschool, waarbij we songs coverden. We leerden akkoordenschema's die we nodig hadden om tijdens een lied te improviseren. Zo riep de leerkracht een naam (meestal gevolgd door een "oh neen..." of een "oh-oooh") en moest je volgens de akkoordenschema's allerlei noten uit je instrument toveren.
Over die 'muzikale carrière' zou ik graag verder willen gaan om te vertellen over de belangrijke rol van muziek in mijn leven. Zo vertelde ik al over de lessen viool die ik volgde. Maar daar is het niet bij gebleven. Toen ik 15 jaar was, ging ik naar jaarlijkse gewoonte mee op chirokamp. En dit waren kampen zoals een kamp hoort te zijn: namelijk met kampvuren waarbij er gitaar werd gespeeld en gezongen. Ook ik zong altijd heel graag mee en één van de leiders was een levende jukebox. Zo kon je een liedje aanvragen en hij begeleidde je met plezier terwijl je het zong. Het is dan ook van hem dat ik mijn eerste akkoorden leerde op gitaar. En na het kamp kon ik 'Wer bisto' van Twarres spelen én de intro van 'Under The Bridge'. Hiermee ben ik dan steeds verder en verder gegaan, ik spaarde voor een gitaar en voor ik het wist, zat ik dagelijks op mijn kamer mezelf met akkoorden te begeleiden terwijl ik zong.
In het laatste middelbaar zat ik tweestemmig te zingen met een vriendin op het perron, terwijl we op een trein zaten te wachten. Een man passeerde en zei dat we daar zeker iets mee moesten doen. We keken eens naar elkaar en wisten dat we hetzelfde dachten. Even later werd de groep Tulia geboren. Ik speelde gitaar en viool en zong de tweede stemmen, mijn vriendin nam de leadzang op zich. Songteksten schrijven waren (en tot op heden nog steeds) niet aan mij besteed, ik nam de muziek en akkoorden voor mijn rekening. Ons eerste optreden was op een barbecue van de plaatselijke jeugdclub. Nog later speelde een andere klasgenoot mee op de piano en we namen deel aan Kunstbende, een wedstrijd waarbij je een bepaalde kunst kon tentoonstellen aan een publiek en een jury. We werden tweedes en we besloten om nog verder te gaan met Tulia. Er kwam een drumster en een bassiste bij. Na jaren van optredens en plezier, kwam er uiteindelijk toch een einde aan Tulia. Maar de herinneringen en ervaringen die ik daarin heb opgedaan, zijn er om levenslang te koesteren. Ondertussen liggen mijn muzikale activiteiten, buiten het af en toe tokkelen op piano of gitaar en het luidkeels meezingen met liedjes, even redelijk stil.
Een laatste reeks aan herinneringen wil ik even oprakelen aan de hand van lessen die ik volgde tijdens mijn opleiding Orthopedagogie. In deze opleiding hadden we de lessen Persoons-en Maatschappelijke Vorming (afgekort: PMV). Heel kort samengevat waren dit lessen drama, bewegingsexpressie, kunst, sport en spel en circustechnieken, gegeven door 3 dolenthousiaste docenten. Deelname aan deze lessen was verplicht, want je moest over die lessen en over jezelf grondig reflecteren aan de hand van een portfolio. Zo leerden we allerlei technieken en activiteiten kennen, waarbij je nadien zelf aan de slag moest gaan en je creativiteit en expressie grondig werden aangesproken. Ook moest je elke les opnieuw zware grenzen verleggen. Wie niet actief en dolenthousiast deelnam aan deze lessen, werd hier ook op afgerekend. Zo leerden we vreemde bewegingen op gesproken zinnen (welke enkel ortho-studenten zullen begrijpen), moesten we levende piramides bouwen en jongleren en vervolgens een heuse circusact in elkaar steken, moesten we met een clowsneus onze serieuze kant even helemaal vergeten, een parcours afleggen waarbij je met een aantal studenten op een valmat moest springen en verder glijden,... Tijdens een creastage in Dworp bekeken we een filmpje van Vaneigens. In groep moesten we woorden opschrijven, daar woorden uitkiezen en van daaruit weer woorden noteren. Uiteindelijk kwam je tot 5 woorden en moest je daarmee een hele act in elkaar steken. De resultaten waren op z'n minst gezegd zeer creatief... een beetje van het soort waarbij je even je verstand op 0 moest zetten omdat je de moeite zelfs niet moest doen om ze te begrijpen.
En toch zijn dit prachtige herinneringen die ik eeuwig zal blijven koesteren. In die opleiding heb ik geleerd om mijn terughoudende en verlegen zelf constant uit te dagen. De grenzen die ik verlegd heb zijn niet meer bij te houden.
En dat is wat voor mij 'muzisch werken' is. Een vorm van creatief bezig zijn, waarbij je eens durft afstappen van je gewone manier van doen. Activiteiten waarbij je eerst eens raar kan kijken, maar waardoor je nadien je blik kan verruimen. Lessen waarbij je jezelf en je mogelijkheden heel goed leert kennen en waarbij je merkt dat die mogelijkheden soms verder rijken dan je zelf zou denken.

Kunstbende 2003

Optreden Tulia 2007
Maak jouw eigen website met JouwWeb